top of page

Zoekresultaten

60 items gevonden voor ""

  • Deel 2: schrijven met de hand

    De wereld verandert razendsnel. Hoe ziet ons leven er over pakweg dertig jaar uit? Bestaan er nog schriften, boeken, schrijvers en copywriters? En leren kinderen nog met de hand schrijven? Deel 2 van een gedachtenexperiment over de toekomst van het schrijven. Het in ons land gebruikte Latijnse alfabet ontstond ongeveer 500 voor Christus. Lange tijd waren kerkelijke gezagsdragers vrijwel de enigen die konden lezen en schrijven. Pas vanaf de zeventiende eeuw werden kinderen in ons land op scholen onderwezen in het schrijven. Nog maar een paar eeuwen verder, en met name de laatste decennia, is de wereld ingrijpend veranderd. Toch leren kinderen nog steeds schrijven. Waarom eigenlijk? Waarom zouden we kinderen nu nog steeds jarenlang laten zweten om ze een handschrift te leren, als ze ook beschikken over een computer? Omdat schrijven met de hand bepaalde voordelen heeft, zeggen voorstanders: het activeert de hersengebieden die te maken hebben met taal, denken en werkgeheugen meer dan wanneer je typt. Het is dus goed voor je hersenontwikkeling. Aan de andere kant: er gaat enorm veel tijd in zitten om kinderen leesbaar te leren schrijven, en sommige mensen houden een onleesbaar handschrift, ook na jarenlange dagelijkse training. Al die uren kun je ook gebruiken om ándere dingen te doen die goed zijn voor de hersenontwikkeling. Dus misschien biedt de digitalisering wel mooie nieuwe ontwikkelingskansen. Als ik een gokje mag wagen: ik denk dat we kinderen over dertig jaar niet meer met de hand leren schrijven. Deel 3 van deze blogserie gaat over schrifttekens. Gebruiken we die over dertig jaar nog? #schrijven

  • Deel 1: de geschiedenis van het schrijven

    De wereld verandert razendsnel. Hoe ziet ons leven er over pakweg dertig jaar uit? Leren kinderen nog met de hand schrijven? En bestaan er nog schriften, boeken, schrijvers en copywriters? Deel 1 van een gedachtenexperiment over de toekomst van het schrijven. 2030 Vanochtend bladerde ik bij de koffiemachine even in de februari-editie van Kampioen, het magazine van ANWB. Na een artikel over het kopen van tweedehandsauto’s te hebben gelezen, viel mijn oog op een artikel over mobiliteit in 2030. ‘Autorijden gaat de komende decennia compleet veranderen’, schrijft Bas van Putten in de inleiding. ‘We gaan elektrisch rijden, er komen autonome auto’s die met elkaar communiceren, en in steden gaan we massaal auto’s delen.’ Heerlijk, zo’n gedachtenexperiment, dat misschien wel een blik op de toekomst is. De nabije toekomst zelfs, want 2030, dat is al over twaalf jaar! 2050 Probeer je nog wat verder te denken, richting het jaar 2050, dan zijn de auto’s misschien wel grotendeels vervangend door duurzame, zelfsturende, vliegende transportmiddelen en is energie vrijwel gratis beschikbaar geworden. We wonen vooral in slimme en duurzame megasteden (we zullen wel moeten, want de wereldbevolking is tegen die tijd enorm toegenomen) en werken samen met mensen over de hele wereld, want dankzij de technologie is de wereld heel klein geworden en zijn taalverschillen geen barrières meer. Omdat veel werk door computers en robots gedaan wordt, is er minder werk voor mensen. Zij krijgen daardoor meer tijd voor recreatie en maatschappelijke inzet. Het zou kunnen. 2018 Maar zover is het nu nog niet. Het is het jaar 2018, en ik ben schrijver en tekstschrijver. Zou dat beroep in 2050 nog bestaan? Welke trends en ontwikkelingen zijn er in het schrijversvak waar te nemen en te verwachten? De geschiedenis van het schrift De toekomst is een verlengstuk van het heden, het heden een verlengstuk van het verleden. Laten we daarom eerst eens achteromzien. Dan zien we dat schrijven in de geschiedenis van de mensheid nog een noviteit is. De aarde is zo’n 4,5 miljard jaar oud en de oudst bekende mensachtigen verschenen ruim 4 miljard jaar geleden. Blijkbaar waren we in ons bestaan als mens lange tijd tevreden met alleen rotstekeningen en zijn we niet meteen op het idee gekomen om te gaan schrijven, want het oudst bekende schrift is pas 3.300 jaar voor onze tijdrekening ontstaan. Het alfabet dat wij in Nederland gebruiken, het Latijnse alfabet, ontstond zo’n 500 voor Christus. Pas aan het eind van de Middeleeuwen werd de boekdrukpers uitgevonden en werd het voor het eerst mogelijk om kennis en ideeën gemakkelijker te verspreiden. En heel recent werd dat nóg makkelijker, namelijk toen het digitale tijdperk zich in de jaren ’90 begon te ontwikkelen. Ik vind het interessant dat de mens in haar geschiedenis in feite nog maar pas ontdekt heeft hoe hij kennis en ideeën kan verspreiden. Het schrift, het alfabet en de drukpers mogen zich tot de belangrijkste uitvindingen ooit rekenen, zeggen veel mensen nu, vanuit het perspectief van deze tijd. Met name de drukpers heeft een enorme kennisrevolutie in gang gezet. Maar inmiddels is dit vindingrijke apparaat alweer een museumstuk aan het worden. Dus nu vraag ik me af: zullen het schrift en het alfabet wél standhouden? Hoe lang nog? In het volgende blog: leren kinderen over dertig jaar nog met de hand schrijven? #schrijven

  • Hoe schrijf je een ode?

    Bijzonder, opmerkelijk, buitengewoon, onalledaags, ongekend, verrassend, notabel, fenomenaal, bijzonder, opmerkenswaardig, wonderlijk, noemenswaard, markant of misschien wel extravagant, zonderling of opwindend: in deze rubriek vind je telkens een tekst of iets dat aan tekst gerelateerd is en de moeite van het opmerken meer dan waard is. Een gevalletje van de klok hebben horen luiden, maar niet weten waar de klepel hangt. Dat was het eerlijk gezegd. Van ProVoet, brancheorganisatie voor pedicures, kreeg ik de vraag of ik de teksten wilde verzorgen voor een jubileumboek. Het moest een boek worden, waarin het onderwerp van hun beroepspraktijk op een voetstuk wordt gezet. Bij het bespreken van de opdracht riep ik spontaan uit: ‘Leuk, een ode schrijven!’ Maar later vroeg ik me af: klopt dat wel? Kan een boek een ode zijn? Wat is een ode eigenlijk? En hoe schrijf je zoiets? Ik realiseerde me dat ik eigenlijk niet veel weet over odes. Daarom ben ik het gaan uitzoeken. De ode: lofdicht of lofzang Allereerst ben ik maar eens nagegaan waar het woord ‘ode’ vandaan komt. Uit het Oudgrieks, zegt Wikipedia: Griekse odes waren muzikaal omlijste poëtische teksten waarin iemand bejubeld werd. Traditioneel is de ode een vorm van lyrische poëzie, te weten een gedicht of een – al dan niet gezongen – lofzang. Een beroemde ode is bijvoorbeeld Ode an die Freude van Friedrich Schiller. Dit is zelfs het officiële volkslied van de Europese Unie geworden. Het verwoordt het ideaal van een wereld waarin alle mensen als broeders met elkaar leven. Een ander voorbeeld is de reeks odes die de Engelse dichter John Keats (1795 – 1821) in 1819 schreef: Ode to Psyche, Ode to a Nightingale, Ode on a Grecian Urn, Ode on Melancholy en Ode on Indolence. Bekende Nederlandse voorbeelden van odes zijn de Ode aan Dordrecht en Ode aan een schaal met suikerklontjes van Cees Buddingh. Onderwerpen voor een ode Aan de voorbeelden hierboven zie je al dat je het zo gek niet kunt bedenken of je kunt er wel een ode over schrijven. Bijvoorbeeld over personen (ode aan de leraar, ode aan mijn familie, ode aan een dichter), of over waarden en gevoelens zoals de liefde, verleiding, waardigheid, het leven, onschuld of melancholie. Maar ook over tijdsbegrippen (de zomer, de maand oktober) en plaatsen (ode aan Groningen, ode aan de zee) kun je een ode schrijven. Ik vond zelfs een ode over e-nummers. Ode, hymne, elogium, lofspraak of hommage? Maar wat is een ode nu precies? Traditioneel is het een niet-religieuze tekst in de vorm van een gedicht of lied, gewijd aan een persoon of zaak. Iets of iemand wordt geprezen en verheerlijkt; het is een uiting van bewondering, een lovende en soms ook hoogdravende tekst waarin het onderwerp geen kwaad kan doen. Niet elke lovende tekst blijkt de naam ‘ode’ te mogen dragen, ontdekte ik. Heeft de lofzang bijvoorbeeld een religieus karakter, dan heet het geen ode, maar een hymne. Is de lovende tekst niet in de vorm van een gedicht of lofzang gegoten, maar als proza verwoord, dan is het weinig meer gebruikte woord elogium van toepassing; vaak wordt met een elogium een (lovende) inscriptie aangeduid. Verpak je een prijzende tekst in een toespraak, dan noemt men dat geen ode maar een lofspraak, laudatio of panegyricus. Laat je iemand publiekelijk je waardering tonen door middel van een bijeenkomst of handeling, bijvoorbeeld een concert, dan noem je dat een hommage. De ode in deze tijd Als ik kijk naar recente odes, valt me op dat het woord 'ode' in onze tijd niet meer uitsluitend is voorbehouden aan lofdichten of lofzangen. Het wordt steeds vaker gebruikt voor proza en zelfs voor ‘niet-teksten’. Kennelijk laten we de vormvoorschriften steeds meer los. De voorbeelden van oprekking van het begrip ‘ode’ zijn inmiddels legio. Om er een paar te noemen: de verhalenbundel Ode aan de liefde van Dirk Zeelenberg, het artikel Ode aan het risico (David Van Reybrouck in de Correspondent), het openluchtevenement Ode aan de Peel, de uitsluitend uit beelden bestaande Ode aan in 2017 overleden Amsterdammers in Het Parool en de website odeaandewildernis.com. Hoe schrijf je een ode? Wil je zelf een ode schrijven om je bewondering voor iets of iemand te uiten, dan heb je dus veel vrijheid, zowel in het onderwerp als in de vorm. Over bijna ieder onderwerp is wel een ode te schrijven, zolang de tekst maar geen lofzang met een religieus karakter is: dan is het geen ode maar een hymne. Bij het kiezen van een vorm voor je ode zijn er grofweg twee opties: je kunt voor een ‘ode in engere zin’ (lofzang of gedicht) gaan of de traditionele vormvoorschriften loslaten. Basisinformatie over vormvarianten van traditionele odes vind je op de Engelse Wikipediapagina over odes. Kies je voor een hedendaagse ode, dan ben je niet gebonden aan een lied of gedicht dat ook nog eens moet rijmen. Je kiest simpelweg een onderwerp om te verheerlijken en bent verder vrij in de manier waarop je jouw lof daarover brengt. Proza, een artikel, alles mag. Zelfs door middel van beelden kun je een ode brengen aan iets of iemand! Tot slot Als je je bewondering voor iets of iemand wereldkundig wilt maken, kun je die bewondering in de vorm van een ode gieten. Een traditionele ode in gedicht- of liedvorm, of een meer eigentijdse versie in de vorm van proza, beelden, een event of een website. Doordat mensen bij het schrijven van een ode niet meer gebonden zijn aan een min of meer vaste vorm, komt de ode mogelijk vaker voor dan vroeger. Het maken van een ode kan een leuke uitdaging zijn. Na al eens een lofdicht te hebben geprobeerd (Ode aan De Mug) ga ik deze uitdaging nu aan door een jubileumboek om te toveren tot een ode: een blader- en kijkboek vol foto’s, beeldende kunst, poëzie en zorgvuldig gecomponeerde stukjes proza, met een de hoofdrol voor de voet. En nu ben ik benieuwd: heb jij wel eens een ode geschreven? Waarover? En voor welke vorm koos je? In april 2018 verscheen het boek Voetsporen, een ode aan de voet. Dit boek wordt exclusief aangeboden aan leden van ProVoet ter gelegenheid van hun 25-jarig lidmaatschap. #creativiteit #schrijven #ode

  • Gewoon zijn

    Televisiekijken doe ik niet meer. Waarom zou ik, in dit tijdperk waarin ik zelf kan bepalen wat ik op welk moment wil horen of zien, niet gehinderd door eindeloze reclameboodschappen? Wel luister ik, als ik in de auto zit, af en toe naar de radio. Zo kwam het dat ik de Rabobank-commercial over PASSI hoorde, een pinpas waarmee je tevens kans maakt op een topstage bij een uniek bedrijf, een clinic met topsporters, een meet & greet met een groot talent en meer, ‘om jouw talent te ontdekken en te ontwikkelen’. Ik ben ervan overtuigd dat iedereen iets te geven heeft. Ik geloof in de energie die uitgaat van bevlogenheid, van het ontdekken en inzetten van je talent. En omdat ik ervanuit ga dat we maar één leven hebben, juich ik het toe als mensen de mogelijkheid krijgen én benutten om datgene te doen waar ze blij van worden. Maar de nadruk die momenteel ligt op talent en talentontwikkeling roept bij mij ook vragen op. Het lijkt bijna alsof we alleen nog meetellen als we ergens in excelleren, superspecialist zijn, over een bijzonder talent beschikken. Wat als iemand in meerdere dingen een beetje goed is, maar nergens speciaal in uitblinkt? Moeten we ons schuldig voelen als we ons geweldige talent misschien niet hebben gevonden en tot volle wasdom hebben gebracht? Is er sprake van onderwaardering van de generalist? Mogen we nog gewóón zijn, gewoon zíjn?

  • No persuasion without inspiration

    Spoedcursus inspirerend spreken en schrijven Niemand beschikt over de macht om andermans gedachten volledig te bepalen. Maar ze sturen kan wel. Als je iemand wilt overtuigen, is dat wat je probeert te doen: iemand zo beïnvloeden, dat hij je mening, idee of voorstel overneemt. Hoe schrijf of spreek je zo dat je de ander overtuigt? In februari van dit jaar bracht ik, geveld door een virus, een paar dagen bankhangend door met de Netflixserie House of Cards. Kevin Spacey vertolkt in deze serie de rol van Francis Underwood; whip, later vicepresident en president van Amerika. Fascinerend vond ik het, dat deze man, die letterlijk over lijken gaat om zijn verlangen naar macht waar te maken, steeds weer weet weg te komen met zijn fouten en leugens. Met niets anders dan … woorden. Underwood maakt indruk vanwege zijn vaardigheid om haarscherp te analyseren en verwoorden. Een schitterend voorbeeld daarvan vond ik zijn uitspraak ‘I don’t want a version, I want a vision!’. Maar vooral bezit Underwood het talent om mensen te bespelen en te laten doen – en soms zelfs denken - wat hij wil. Wat je ook van Underwood weet en vindt, hij is de onbetwiste meester van het overtuigend spreken. Als hij speecht, verdampen je bezwaren. Zijn woorden nemen je mee, of je wilt of niet. Emotie wint het van verstand. Iemand overtuigen, hoe doe je dat? Underwood is gelukkig een fictief personage. Een echte en vermoedelijk wél integere (ex-) president met vergelijkbare ‘speech-skills’ is in mijn ogen Barack Obama. Met zijn speeches, waarin hoop en optimisme doorklonken, wist hij miljoenen mensen te raken. Wat was zijn geheim? De kans dat jij of ik president van Amerika wordt acht ik minimaal. En misschien komt het ook niet vaak voor dat je een speech moet houden. Maar het gebeurt ongetwijfeld weleens dat je iemand mondeling of schriftelijk wilt overtuigen. Bijvoorbeeld als je wilt dat iemand jouw product koopt of jouw dienst afneemt. Of als je wilt dat hij je mening gaat delen, jouw advies opvolgt of doet wat jij wilt. In al deze gevallen heb je overtuigingskracht nodig. Wat kun je daarin leren van Barack Obama, en zelfs van Frank Underwood? Overtuigen is meer dan argumenten geven Het eerste wat waarschijnlijk bij je opkomt als je erover nadenkt hoe je iemand kunt overtuigen, is dat je argumenten moet geven. En dat klopt natuurlijk. Maar om iemand te overtuigen is meer nodig. Ook als je simpelweg een product of dienst wilt verkopen. Volgens de Griekse filosoof en wetenschapper Aristoteles kun je mensen beïnvloeden en overtuigen door naast het aandragen van zakelijke en inhoudelijke argumenten ook aandacht te geven aan gedeelde normen en waarden, en door op emotie in te gaan. Wil je een wat recentere bron dan een filosoof uit 384-322 v.Chr., kijk dan eens naar het veel gebruikte, getrapte AIDA-model, dat ervan uitgaat dat verkopen begint met aandacht trekken (Attention), gevolgd door interesse opwekken (Interest) en verlangen of voorkeur stimuleren (Desire). De laatste fase is die van actie (Action), op het internet vaak in de vorm van een button waar je op kunt klikken om bijvoorbeeld tot bestelling over te gaan. Een variant op het AIDA-model zijn de vier P’s (Picture-Promise-Prove-Push). En zo zijn er nog veel mensen die iets hebben geschreven over de kunst van het mondeling of schriftelijk overtuigen. Googel maar eens op overtuigen of overtuigend schrijven en je vindt allerlei lijstjes met tips & tricks voor overtuigend spreken en overtuigend schrijven. De meeste van deze lijstjes zijn net als de AIDA-formule en de vier P’s gebaseerd op het inspelen op de problemen of verlangens van lezers, het tonen van een oplossing en het verleiden tot actie. Waarom spelen emoties bij overtuigen vaak een grotere rol dan argumenten? Dat heeft te maken met de manier waarop wij mensen volgens neuropsychologen beslissingen nemen. In tegenstelling tot wat wij vaak denken, blijken we onze beslissingen nauwelijks op rationele gronden te nemen en komen besluiten vooral intuïtief en gevoelsmatig tot stand. Al geven we het misschien niet altijd graag toe, het zijn dus vooral onbewuste emoties die ons gedrag bepalen. Wil je gedrag beïnvloeden, dan moet je dus vooral de ‘gevoelslaag’ aanspreken. Overtuigen voor gevorderden Is dat alles? Kun je de gedachten en het gedrag van mensen beïnvloeden door gewoon de vier stappen van een model te volgen? Of ligt het toch wat ingewikkelder? Een model is per definitie een vereenvoudiging van de werkelijkheid. In de praktijk van alledag komt er heel wat bij kijken als je iemand ergens van wilt overtuigen. Om te beginnen kun je volgens mij niet zonder focus en een duidelijke structuur in je verhaal. Anders komt je boodschap niet aan. Ook is het noodzakelijk dat je zelf echt overtuigd bent van je mening en argumenten. Wankel jij, dan voelt de ander dat. Verder heeft je beïnvloedingsvermogen te maken met de manier waarop je overkomt bij de ander. Hoeveel vertrouwen weet je te wekken? Hoeveel autoriteit heb je als het gaat om datgene waarvan jij de ander wilt overtuigen? Hoeveel urgentie is er om juist nu mee te gaan in wat jij wilt bewerkstelligen? Zijn er anderen die bewijskracht leveren voor jouw argumenten? Hoeveel sympathie weet je te wekken met je verhaal? Hoe goed ben je erin om je verhaal met zelfvertrouwen en op een aantrekkelijke manier te brengen? In hoeverre ben je in staat om je betoog af te stemmen op de ander? Om deze logisch klinkende, maar vrij ongrijpbare elementen onder de knie te krijgen heb je zowel aanleg als oefening nodig, en de wind mee als het gaat om tijdgeest en timing. Om te kunnen overtuigen, moet je kunnen inspireren Toch bleef het bij mij knagen. Je kunt nog zoveel formules, stappenplannen en tiplijstjes volgen, zolang het trucjes blijven, bereik je volgens mij niet wat je wilt. Ze lijken een beetje plat, al die handigheidjes om iemand te overtuigen. Het voelt voor mij alsof de essentie ontbreekt; alsof we een diepere laag over het hoofd zien. Pas toen ik op een dag een artikel op LinkedIn zag met storytellingtips van Jon Favreau, de speechschrijver van Barack Obama, werd ik me ervan bewust wat ik in al die goedbedoelde lijstjes miste: inspiratie! Aan de vijfde en laatste van Favreaus tips heb ik de titel van dit blog ontleend. Waarom ik denk dat inspiratie het onmisbare ingrediënt is? Inspiratie betekent letterlijk inademing. Geïnspireerd word je als iets of iemand je diep vanbinnen raakt. Als iets appelleert aan jouw waarden, je diepste overtuigingen, je gevoel voor schoonheid, aan gevoelens van liefde en van betekenis zijn, zodanig dat je je met hoofd, hart en ziel betrokken voelt. Als je je geïnspireerd, bezield voelt, is het alsof je wordt opgetild en boven het dagelijkse uitstijgt. In actie komen is dan geen laatste fase in een manipulatief proces dat in gang is gezet door de ander, maar een natuurlijke stap die je zelf en van binnenuit zet. Ben je je bewust van de betekenis van inspiratie, dan verandert dat je kijk op overtuigen. Dan wordt de cursus overtuigend spreken en schrijven een spoedcursus inspirerend spreken en schrijven, met als centrale vraag: inspireren, hoe doe je dat? Spoedcursus inspirerend spreken en schrijven Ik denk niet dat er een recept met succesgarantie bestaat voor inspirerend-zijn. Wat een ander wel of niet raakt, heeft immers niet alleen met de zender, maar ook en vooral met de ontvanger te maken. Toch zijn er wel een paar aandachtspunten te noemen. In de cursus inspirerend spreken en schrijven horen volgens mij in ieder geval deze ‘modules’ thuis: Wees zelf oprecht en geïnspireerd. Blijf dicht bij je eigen droom, je eigen drijfveren. Als jij de energie voelt die daaruit voortvloeit, voelt de ander die energie ook. Laat de ander het vergezicht zien en mobiliseer zo de energie die een verlangen raakt. Als iemand voor je ziet waar het naar toe gaat, is de kans groot dat hij zin krijgt om mee te doen. Een voorbeeld: onlangs schreef ik voor een bouwbedrijf een artikel over hun visie, missie en strategie voor de komende jaren. Wat ik had geschreven klopte allemaal, maar het werd pas een inspirerende tekst toen erin stond hoe de directie denkt dat wonen en werken er over een of twee decennia uitziet, en hoe het bouwbedrijf in deze ontwikkelingen van betekenis kan zijn. Verwacht van de ander grootse (maar geen onmogelijke) prestaties en laat hem dat ook zien. Luister echt naar mensen en maak verbinding met hen. Erken problemen, maar blijf een positieve houding houden. Vervelende en verdrietige dingen gebeuren. Het gaat erom hoe je ermee omgaat. Mensen zijn empathische wezens. We houden van verhalen. Hang je feiten en argumenten daarom op aan verhalen. Cijfers en statistieken zijn belangrijk, maar het is het verhaal dat mensen raakt. Heb jij aanvullingen voor de spoedcursus Inspirerend spreken en schrijven? Ik hoop dat je ze wilt delen! #inspiratie #schrijven #tekstschrijven

  • System overload

    Er gaat bijna geen dag voorbij of op enig moment begint er in mijn hoofd een denkbeeldige waarschuwingstekst te knipperen: SYSTEM OVERLOAD. U heeft uw limiet bereikt. De prikkelgrens is overschreden. Hiervoor is bij mij vaak maar weinig nodig: te veel mensen, te veel geluid, een vol hoofd. Allereerst zijn er de verkeers- en andere omgevingsgeluiden, klinkt er gepraat en muziek, zijn er huisgenoten - in mijn geval een gezin bestaand uit zeven mensen. En dan zijn er de apparaten. Voor gevoelige mensen als ik is de huidige wereld met al zijn technische vindingen al snel overweldigend en ligt informatiestress op de loer. Het is niet makkelijk om je te onttrekken aan het oplichten van schermpjes, de meldingen van apparaten, de stroom van mails, berichtjes en meldingen van sociale media. En ben je mens in de categorie ondernemer, dan heb je bovendien te maken met het actief onderhouden van allerlei communicatiekanalen, van websites tot nieuwsbrieven en sociale media. Je moet tenslotte wel zichtbaar zijn en blijven. In haar boek 'Neem een geit. Leven voor gevorderden' vertelt Claudia de Breij het verhaal van een arme Joodse man die, door de dagelijkse drukte om zich heen (klein hutje, zwangere vrouw, vijf kinderen) tot wanhoop gedreven, aanklopt bij een rabbijn. De rabbijn had de man kunnen adviseren om aan yoga te gaan doen, een dagelijkse mindful wandeling te gaan maken, groter te gaan wonen, zijn kinderen naar een kostschool te sturen, een baan in het buitenland te zoeken of zijn gezin te verlaten en in een hutje op de hei te gaan wonen. Een oplossing in ieder geval waarbij de nadruk ligt op het verminderen van stressfactoren. Maar dat doet hij niet. Hij adviseert hem, een geit te nemen. Als de man na een week terugkomt, omdat hij met ook nog een poepende en plassende geit in huis helemaal gek wordt, zegt de rabbijn hem: doe de geit weg. Een prachtig verhaal, en actueel ook, want hele volksstammen raken tegenwoordig depressief, overspannen of burnout en zijn op zoek naar manieren om hun leven te vereenvoudigen. Ook ik ben ik in de afgelopen jaren tot het groeiend inzicht gekomen dat mijn leven voller en complexer is geworden dan mij lief is. Uiteraard staat het mij vrij om dit probleem op te lossen door me te ontdoen van mijn wekker, smartphone, vaatwasser, wasmachine, droger, koffiemachine, airport en MacBook. Ook zou ik ervoor kunnen kiezen om me als een kluizenaar terug te trekken en mijn netwerk, collega’s, familie en gezin vaarwel te zeggen. Maar dat is mij toch allemaal wat te drastisch. En dus heb ik mij schoorvoetend aangesloten bij de pelgrimstocht naar een eenvoudiger leven. Een leven met minder taken en rollen, minder moeten, minder agenda’s, minder spullen, minder online zijn, minder afspraken, minder netwerkactiviteiten, minder sociale media, minder verschillende klanten en diensten, minder hobby’s. Met als uitgangspunt: less is more. Want mínder ruis betekent: méér rust, meer overzicht en meer focus. Waardoor er meer ruimte is om met aandacht te doen wat ik graag wil doen. Althans, dat is het idee. Deze nieuwe website is in zekere zin een voortvloeisel uit mijn ‘opruimwoede’. Voor het eerst heb ik een site waarop al mijn schrijverijen samenkomen. Niet een website als een met toeters en bellen opgetuigd warenhuis vol verleidelijke producten, maar een eenvoudig online adresje waar je even een kop koffie kunt drinken en op adem kunt komen. Om daarna je dag te vervolgen - in alle rust. #inspiratie

  • Lieve juf, meester,

    Misschien word ik later wel een succesvol wetenschapper of uitvinder. Of ik begin een eigen bedrijf. Of ik schrijf een boek. Nou niet gaan lachen omdat ik nog maar negen jaar ben, want op een dag ben ik groot en maak ik mijn dromen waar. Zo lang duurt het helemaal niet meer voor het zover is! Ze zeggen dat kinderen een grotere kans maken om later wetenschapper, directeur van een bedrijf of uitvinder te worden als ze als jong kind bezig zijn geweest met verschillende kunstvormen, zoals dansen, beeldend, acteren en creatief schrijven. Want daarvan leer je creatief kijken en denken. Goede schrijfvaardigheden zijn trouwens voor heel veel beroepen belangrijk en ook voor je vrije tijd, want wist je dat meer dan een miljoen Nederlanders in de vrije tijd aan creatief schrijven doet? Over dat creatief denken en schrijven wil ik het even met je hebben. Ik wil dat graag leren, want als ik straks ben afgestudeerd heb ik dat hard nodig. En daarom heb ik een vraag aan jou. Geen ingewikkelde vraag hoor, want leren doe ik sowieso wel: ik ben immers een kind, ik ben biologisch geprogrammeerd om te leren! Mijn vraag is: zou jij mij tijd, ruimte en veiligheid willen geven om te kunnen spelen en experimenteren met creatief schrijven? Wil je mij om te beginnen alstublieft toffe, uitdagende opdrachten geven, in plaats van de zogenaamde creatief-schrijven-opdrachten met stappenplannetjes die in onze taalmethode staan? En wil je ervoor zorgen dat ik niet bij alles wat ik uitprobeer steeds beoordeeld wordt met een cijfer? En dat ik niet steeds over de juiste spelling moet nadenken als ik gewoon lekker aan het fantaseren ben? Dan gaat de lol er snel af, hoor! En kun je regelen dat mijn werk niet steeds binnen een half uur al klaar hoeft te zijn? Creativiteit eindigt niet voor niets op het woord ‘tijd’! Soms moet ik er gewoon een tijdje over nadenken voor ik weet hoe ik verder kan. En mogen we wat vaker schrijfopdrachten sámen uitvoeren? Dat is veel leuker dan in ons eentje en we leren juist heel veel van elkaar. En mogen we daarbij dan de vrijheid om met elkaar te bepalen hoe we een opdracht uitvoeren, ook al doen we het misschien anders dan jij al in je hoofd had? En o ja, mag ik als ik aan het denken ben af en toe ook bewegen en naar buiten? Want dan kom ik op veel betere ideeën dan wanneer ik achter mijn tafel moet blijven stilzitten. Dat heeft mijn moeder ook altijd, die is schrijver en heeft de beste ideeën als ze achter haar computer vandaan komt en gaat fietsen, wandelen of douchen … Kortom: wil je mij zelf laten ervaren wat mijn ongekende mogelijkheden en talenten zijn als het gaat om verzinnen, taal, schrijven en denken?

  • De werkplek van Simone Siemons

    "INSPIRATIE IS: ELKE DAG WERKEN" - Charles Baudelaire Ga jij elke dag vol inspiratie aan de slag op jouw werkplek? Er zijn plekken die alle energie uit je lijken te zuigen en plekken waar je juist energie van krijgt. Liefst werk je natuurlijk in een omgeving die de voorwaarden creëert voor optimale prestaties. Toch merk ik bij de vele bedrijfsbezoeken dat opmerkelijk weinig mensen aandacht lijken te besteden aan hun werkplek. Vandaar deze rubriek. Hoe ziet een werkplek eruit die jou tot een hoger niveau kan brengen? Geeft jouw werkomgeving jou wat jij nodig hebt om het beste uit jezelf te halen? In deze aflevering: de werkplek van Simone Siemons van uitgeverij Stili Novi. “Nog niet zo heel lang geleden bestonden er geen kantoortuinen, je werkte vanuit je eigen kamer met een bureau en vergadertafel. Rondom de vergadertafel had ik alles praktisch ingericht, tussen het bureau en de tafel stonden twee lage kasten met erop een kunstobject, enige boeken en een mooie plant, geen stumper. Aan de muur had ik enkele zelfgekozen schilderijen opgehangen. Niet zelden als iemand voor het eerst binnen klonk er een ‘Wauw, jij hebt je kamer écht ingericht’. De klinisch aandoende kantoortuinen vond ik verre van ideaal. Daarnaast bleek het kantoor vaak niet de meest eerlijke plek als je de reistijd van elke deelnemer in ogenschouw neemt. Het creatieve deel van mijn werk snakte naar een meer inspirerende omgeving. Die afspraken doe ik daarom altijd buiten de deur: op – als het even kan - een sfeervolle plek. Wel met een iPad maar ook een notitieboekje waarin je gewoon nog met een pen kunt schrijven. Waar die twee liggen, daar is mijn werkplek.” www.stilinovi.nl #werkplek #inspiratie

  • Recept voor creativiteit

    Waar haal jij je inspiratie vandaan? Kun je leren schrijven of is het een talent dat je wel of niet hebt? Hoe kun je je schrijfstijl verbeteren? Vragen die ik regelmatig krijg, sinds ik van schrijven mijn beroep heb gemaakt. Nog niet zo lang geleden werd ik geïnterviewd bij bol.com naar aanleiding van het kort na elkaar verschijnen van het non-fictieboek Verbroken contact tussen ouder en kind en het moderne sprookje Welkom, Sneeuwwitje. Haar vlucht van huis en haard. ‘Waar haal jij je inspiratie vandaan?’, vroeg interviewer Anniek mij. ‘Waar haal ik het niet vandaan?’ antwoordde ik. En zo is het. Inspiratie is overal. Je hoeft er vaak niet eens naar te zoeken. Toch zit ook ik wel eens naar een leeg blad te staren en kan ik ervan wakker liggen als een tekst inhoudelijk wel klopt, maar ‘het’ nog niet heeft, niet raakt, niet pakt. Schrijftips Schrijf je een zakelijke tekst of ben je bezig met een verhaal, gedicht of boek en wil de creativiteit maar niet gaan stromen of loop je vast? Je hoeft de zoekwoorden ‘creatief schrijven hoe’ maar in je zoekbalk te typen en de cursussen en tips vliegen je om de oren. Je moet een ander perspectief proberen, wel of juist niet tevoren een verhaalplan uitdenken, de hele dag een notitieboek bij je dragen, meters maken, weg van je toetsenbord, enzovoorts. Het probleem met deze tips is dat de een de ander niet is. Waar de een het nodig heeft om zich te voeden met films, boeken, theater en ontmoetingen, kan de ander pas schrijven als hij zich als een kluizenaar heeft teruggetrokken. De een gedijt bij een dagelijks vast ritme met een vooraf vastgesteld minimaal aantal bladzijden, de ander schrijft als een gek weken achtereen bijna dag en nacht door om daarna een periode geen pen of toetsenbord aan te raken. De ene mens is de ander niet. Spelen Sinds een jaar staat er een cello in mijn huis. In de woonkamer op een standaard voor het grijpen. Een prachtige cello, donker van kleur en met een warme klank. Klaar om bespeeld te worden. Door mij. Maar de momenten waarop ik aan de cello zit, zijn op één hand te tellen. Waarom ik mijn instrument laat verstoffen? Omdat ik mezelf niet toesta het nog niet goed te kunnen bespelen. De tegenstelling tussen de klanken die Pieter Wispelwey uit zijn cello weet te toveren en de houterige streken die ik maak, is groot. Door veel te spelen en eventueel lessen te nemen, kan ik mijn techniek verbeteren, dat weet ik, hoewel het stemmetje dat mij vertelt dat ik op mijn 47e vast niet ver meer kom, ook nog niet tot zwijgen is gebracht. Hoe dan ook, nu is mijn spel nog niet om aan te horen. En dat kan ik nauwelijks accepteren. Ik til de cello dan ook alleen van de standaard als er verder niemand thuis is. Dat is in een groot gezin zelden het geval. Goedbedoelde tips als ‘speel elke dag vijf minuten in je lunchpauze’ en ‘neem les en geef je docent aan dat je alleen maar voor je plezier komt’ heb ik nog niet opgevolgd. Wat mij belemmert om te genieten van mijn cello en spelenderwijs ervaring op te doen, zijn mijn eigen gedachten en overtuigingen. Verlangen Terug naar het schrijfproces. Is er een recept voor geïnspireerd creatief schrijven? Hoe kom je (terug) in de flow? Toen ik jaren geleden besloot om van schrijven mijn vak te maken, ontstond de situatie dat mijn teksten ineens beoordeeld werden door opdrachtgevers. Dat vond ik spannend, om niet te zeggen uiterst stressvol. Want daarvoor had ik weliswaar altijd verhalen geschreven, maar die liet ik zelden aan iemand lezen. Bij elke nieuwe opdracht probeerde ik mijn angst dat de tekst niet goed genoeg zou zijn in te dammen door tevoren een doordachte tekstopbouw neer te zetten. En door ondanks de stress toch achter mijn toetsenbord te gaan zitten en te hopen dat ik voldoende talent had om er iets van te bakken – ik moest wel, er zat iemand op mijn tekst te wachten. Kortom: ik schreef ongeveer zoals ik cello speel. Gehinderd door geniepige gedachten en ondermijnende overtuigingen. Maar wel gedreven door een verlangen te creëren! Keerpunt Het keerpunt ontstond door mijn kinderen. Die verzinnen en creëren van alles, met veel plezier, een voortdurend enthousiasme en zonder stress. Zij spelen en experimenteren zonder zich druk te maken over een beoogd eindresultaat. Karel Witteveen bevestigde dat, toen ik bij hem een cursus creatief schrijven volgde: aan het schrijven zelf gaat een fase vooraf. Sindsdien werk ik op een heel andere manier. Met veel meer plezier, vertrouwen en creativiteit. Schrijven begint niet achter je computer. Het is een proces dat baat heeft bij activiteiten als douchen, was ophangen, fietsen, wandelen. Een proces dat begint met heel veel vragen stellen, kijken wat je al weet over het onderwerp, er ongebreideld op los associëren, zoveel mogelijk invalshoeken bedenken, je openstellen voor wat in je en om je heen is. In je hoofd kan alles, de mogelijkheden zijn nog onbeperkt! Keuzes maken en structuur aanbrengen zijn van later zorg. Jouw eigen recept En jij? Hoe ga jij een opgelegde of zelfgekozen schrijftaak aan? Durf jij er vol voor te gaan? Denk jij dat grote schrijvers elke dag geïnspireerd aan hun schrijftafel gaan zitten en de eerste, nou vooruit, de tweede versie meteen geschikt is voor publicatie? Of dat je niet origineel genoeg bent? Denk je dat je niets te zeggen hebt? Ben je bang dat je niet creatief bent? Google niet meteen op allerlei schrijftips, maar onderzoek eerst eens je eigen gedachten. En pak dan die strijkstok op en begin te spelen. #schrijven #creativiteit

  • Virginia Bibiana Maria (Gina)

    De dag na kerst. Terwijl we vanuit de keuken gekeuvel van twee meiden horen (‘Mam, hoelang moet die maiskolf worden gekookt?’ ‘Mam, mogen we er een wijntje bij?’) interview ik in haar appartement – omringd door kaarsen, een wit-met-roze kerstboom, zachte kussens en warme dekens – theaterdier en trotse meisjesmoeder Gina Maria. “Ik hou van het leven.” ZING “Als een kind wordt geboren, is de stem het eerste wat de moeder van hem hoort. Huilen is een vorm van zingen. De stem is het mooiste instrument, het is letterlijk je eigen geluid. Kinderen worden rustig van zingen, wiegen, ritme. In mij zit altijd muziek en al mijn hele leven zing en dans ik graag. Als kind was dansen en zingen mijn uitlaatklep, ik verlangde ernaar om op een groot podium te staan[GM1] . Nu heb ik die etalage niet meer nodig en kan ik ook niet meer zo goed zingen, maar ik zing en dans nog altijd mee zodra ik muziek hoor en geniet van de schoonheid van de tekst en muziek. Ik vind het belangrijk dat kinderen naar klassieke muziek leren luisteren. De klanken van klassieke muziek wakkeren emoties aan en vertolken ze. Daar word je blij van, en blij zijn is heel belangrijk in het leven, het is de tegenstem van negativiteit.” VECHT “Ik ben tegen geweld en tegen eenzijdig oordelen; mijn moeder heeft mij geleerd dat je overal iets van mag vinden, maar dat aan ‘iets vinden’ de verplichting verbonden is om vervolgens open te staan voor feedback. Ik deel haar visie. Juist omdat ik geleerd heb niet te oordelen en iedereen het voordeel van de twijfel te geven, heb ik wel moeite met mensen die alles met een negatieve bril bekijken en hun negatieve visie vervolgens op jou willen projecteren. Hierin heb ik nog te leren. Vechten is niet alleen negatief. Soms kan strijden met een ander - of met jezelf – je nieuwe inzichten opleveren, waardoor je juist weer vooruit kunt.” HUIL “Wie heeft bepaald dat huilen en lachen elkaar tegenpolen zijn en huilen negatief, lachen positief is? Je kunt huilen van geluk of trots, huilen omdat iets mooi is, huilen omdat je geroerd bent, of huilen van verdriet. Huilen mag. Ik laat mijn tranen zien. Alleen wanneer ik huil van verdriet, doe ik dat vaak alleen met mijzelf. Dat is eigen aan moeder-zijn; je leert keuzes te maken in wat je wel en niet met je kinderen deelt. Sommige dingen moet je bij jezelf houden.” BID “Bidden associeer ik met zoeken naar hoe je in het leven staat, en met ontrafelen van het grootste mysterie dat er is en waar je je hele leven mee bezig blijft: wie ben ik? Voor veel mensen heeft bidden te maken met rust; innerlijke rust wordt vaak gezien als een universeel goed waarnaar iedereen moet streven, ook ik. Maar ik word niet altijd gelukkig van rust, ik drijf juist heel goed op onrust. Ik leef, denk en ga snel. De onbalans is er dan ook snel. Dat accepteren brengt mij verder. Ik ben katholiek opgevoed. Wat ik met bidden moest, begreep ik niet. Het was mij niet duidelijk waar bidden voor bedoeld was en niemand kon dat uitleggen. Het voelde als een opgelegd kunstje; we doen het maar gewoon want wij geloven. Waar zit het zelf ontdekken dan? Gelukkig gaf mijn moeder mij de ruimte om mijn eigen ideeën te vormen. Ik heb van haar geleerd om niet te leven vanuit een opgelegd beeld (perfectionisme), maar mijn eigen beeld te vormen. En dus kan ik dat beeld ook weer bijstellen. Ik durf de stip op de horizon te verleggen, leg mezelf niet vast en ben niet bang voor het oordeel van de ander. Ik heb geleerd te vallen en weer op te staan en ben opgevoed met vertrouwen in mijn eigen kunnen. Ik ga alleen maar vooruit, houd van het leven, geniet, probeer te leren en te bevatten wat moeilijk is.” LACH “Lachen kost niets, leerde mijn moeder mij. Het is het mooiste advies dat ik ken. Door te lachen laat je in je ziel kijken en maak je mensen blij. Dat geldt voor alle vormen van lachen, van een heimelijke glimlach tot een schaterlach. Zelfs als je iets weglacht, laat je daarmee iets van jezelf zien. Lachen is niet voorbehouden aan mensen die alleen maar leuke dingen meemaken; de lach en de traan liggen heel dicht bij elkaar. Lachen en huilen gaan beide over jezelf laten zien zoals je bent.” WERK “Hoeveel mensen zeggen niet: ‘Ik moet morgen werken’ in plaats van ‘Ik ga morgen werken’? Ik zeg: ‘Ik werk niet, ik geniet van wat ik doe.’ Ik kom rond van werk dat ik leuk vind om te doen en waarin ik mezelf kan zijn. Kan ik er niet van genieten, dan stop ik. Dat klinkt misschien heel makkelijk, maar werk doen waarvan je geniet moet je zelf creëren. En dat vergt creativiteit, oplossend vermogen, reflecteren op jezelf, loslaten en dóen. Momenteel ben ik bezig met een soort herstart van de Nederlandse Jeugd Musical School. Ik word enorm blij van werken met kinderen en jongeren, vanwege hun puurheid en echtheid. En ik word blij van theater, dans, muziek en alle andere vormen van creëren. Van samen nieuwe dingen ontwikkelen en bestaande dingen samenvoegen. Van zorgen dat het beter werkt. Verbinding maken, dat is in dat alles de grote uitdaging.” BEWONDER “Mijn bewondering gaat uit naar onze prachtige wereld en de natuur, waarvan het moederschap, dat een niet te definiëren natuurwet en de hoogste incassatie in het leven is, onderdeel uitmaakt. Mijn eigen moeder staat voor mij symbool voor dit moeder-zijn. ‘Iedereen die je tegenkomt is passant in je leven. Behalve je kinderen’, leerde zij mij. Ik kreeg mijn eerste dochter jong en vertrouwde erop dat ik mijn weg wel zou vinden, net zoals mijn moeder dat had gedaan. Als moeder mag je je kind helpen leren, vanuit wie jij bent. Ik kreeg van mijn moeder vertrouwen en onvoorwaardelijke liefde en geef dat door aan mijn drie dochters. Ik ben een moeder zoals mijn moeder. Ik strijd zonder angst. De enige angst die ik heb is de angst om te verliezen. Dezelfde angst die me ook drijft om te leven.” #Interview

  • De werkplek van Merel de Bruyn

    "INSPIRATIE IS: ELKE DAG WERKEN" - Charles Baudelaire Ga jij elke dag vol inspiratie aan de slag op jouw werkplek? Er zijn plekken die alle energie uit je lijken te zuigen en plekken waar je juist energie van krijgt. Liefst werk je natuurlijk in een omgeving die de voorwaarden creëert voor optimale prestaties. Toch merk ik bij de vele bedrijfsbezoeken dat opmerkelijk weinig mensen aandacht lijken te besteden aan hun werkplek. Vandaar deze rubriek. Hoe ziet een werkplek eruit die jou tot een hoger niveau kan brengen? Geeft jouw werkomgeving jou wat jij nodig hebt om het beste uit jezelf te halen? In deze aflevering: de werkplek van Merel de Bruyn van Studio 24-7. “Als productfotograaf is het hebben van een geschikte studio een must. Naast de benodigde vierkante meters vloeroppervlak is ook de hoogte een cruciaal onderdeel van de ruimte en is een goede bereikbaarheid met parkeermogelijkheid voor de deur vereist. En dat maakt het vinden van een geschikte locatie voor een fotostudio makkelijker gezegd dan gedaan. Superblij ben ik dan ook met de ruimte die ik gevonden heb in Studio P1 in Zwolle. Een royale studio met een aansluitend kantoor, heerlijk daglicht en ruim opgezette werkplekken. De bureaus en kasten heb ik zelf ontworpen en gebouwd. Naast mijn eigen bureau zijn er twee werkplekken voor creatieve freelancers die de keukentafel zat zijn. Door de interactie met hen ontstaan er onverwachte samenwerkingen en ideeën.” #werkplek #inspiratie

  • Jeanette H. Reitsma

    Voor ‘leerling van het leven’ Jeanette H. Reitsma is niets vanzelf-sprekend. Als een pelgrim is zij op zoek naar waar het in het leven echt over gaat. Daarbij wordt zij gedreven door een innerlijk verlangen naar echte verbinding. Het is dit verlangen dat het uitgangspunt vormt van haar coach-zijn. ZING ”’Ik heb een droom – heb jij dat ook? – die pas als ik ten einde raad – mijn ogen open voor mijn hart – zich in woord en beeld verklaart – me in beweging brengt – en zingt.’ Zo luidt het laatste deel van een gedicht dat ik schreef. Voor mij gaat iets of iemand ‘zingen’, wanneer de prachtige authentieke kern zichtbaar wordt: die droom, een natuurverschijnsel, een mens in zijn of haar ware aard. Dit zingen bezit ook de kracht om de omgeving te laten resoneren, de ruimte te laten meetrillen. Dat is een beweging naar buiten. Ik zing graag en schrijf soms liedjes.” VECHT “De Week tegen Pesten, vechten tegen kanker, vechten tegen terrorisme. Onze samenleving zit vol vechtlust. Zelf geloof ik dat vechten zinloos is en je er juist het tegenovergestelde mee bereikt van wat je voor ogen had. Als je vecht tegen, focus je op wat je niet wilt, al je energie gaat er naartoe. Daar wordt het probleem juist groter van. Vechten is contraproductief, het ontneemt je een bepaalde ruimte om te ontwikkelen, het lost niets op. Wat wél tot oplossingen kan leiden, is kunnen aanzien en zijn met wat er is, om je van daaruit af te vragen wat je wél wilt in plaats van wat je niet wilt, en te kijken wat daarin jouw aandeel kan zijn.” HUIL “Ik kan tegelijkertijd lachen, ontroerd zijn en huilen. Bijvoorbeeld als ik word overweldigd door de schoonheid van een landschap. Het meest van alles word ik geraakt door schoonheid en kwetsbaarheid - twee kanten van dezelfde medaille. En als ik me geraakt voel en wil huilen, doe ik dat. Heel bevrijdend. Wie zijn geraakt-zijn of verdriet wegstopt, belemmert niet alleen zichzelf, maar geeft anderen ook de boodschap dat het er niet mag zijn en ontloopt daarmee verbinding. Je kwetsbaarheid tonen is een uitnodiging aan de ander om er te mogen zijn zoals hij is.” BID “Ik ben opgegroeid met een vorm van bidden die vooral ‘vragen’ was en die gericht was op het christelijke beeld van God en Jezus. Nog altijd bid ik regelmatig, maar niet meer zoals ik dat vroeger geleerd heb. Bidden is voor mij nu vooral bewust in contact zijn met iets veel groters dan het beeld dat ik meekreeg. Ik voel mij als mens onderdeel van een groter geheel, een universele energie en als ik bid, plug ik daarin als het ware in. De een noemt die energie God of Jezus, de ander engelen of gidsen, het Universum. Elke ochtend doe ik Qigong-oefeningen, waarbij ik letterlijk contact maak met de energie die bomen en de aarde genereren. Ook praat ik hardop of in stilte met ‘God’ en mobiliseer ik hulptroepen uit het universum bij het schonen van de coachingruimte.” LACH “Mensen bij wie ik niet volledig mijzelf kan zijn, ervaren mij als zwaar en serieus. Toch kan ik intens lachen. Als kind lachte ik niet veel. Ik was een buitengewoon consciëntieus kind, een fanatiek sporter, wilde goede cijfers halen, stelde mezelf altijd vragen. Steeds meer leer ik nu te spelen en te lachen. Ik merk dat humor en lachen, de rem eraf durven halen, vooral te maken hebben met open durven zijn, geen angst hebben voor de meningen en oordelen van anderen. Zonder die angst is er meer vrijheid en lichtheid. Behoedzaamheid en de goede sfeer willen behouden werken daarentegen belemmerend. Overigens vind ik niet alles om te lachen. Lachen ten koste van een ander vind ik nooit grappig.” WERK “Coaching draait om het creëren van bewustzijn. Het gaat er niet om mijn ontdekkingen op te leggen, maar de ander zijn eigen ontdekkingen laten doen. Mensen hebben een innerlijke wijsheid in zichzelf. Door te spiegelen en vragen te stellen, maak ik hen daarvan bewust. Waar doen zonder nadenken situaties creëert waarvan het lijkt dat we er geen invloed op hebben, werkt bewust-zijn juist bevrijdend. Je ervaart de mogelijkheid dingen anders te doen en meer te leven vanuit wat je werkelijk wilt. Ervaren wat er is, is de eerste stap op weg naar authenticiteit en verbinding en komt in vrijwel iedere coaching aan bod. Zonder bewustzijn is al het andere – communicatie, afspraken maken enzovoorts – een aangeleerd trucje.” BEWONDER “Het is zo makkelijk gezegd: wees jezelf. Maar we hebben allemaal geleerd dat we pas echt erkenning krijgen en bestaansrecht hebben als we voldoen aan een bepaald beeld dat buiten ons is gecreëerd. En het krijgen van erkenning, gezien worden, liefde ontvangen, is een menselijke basisbehoefte. Het is een hele klus om onderscheid te leren maken tussen wat je oerinstinct je ingaf om te overleven, dat wat je vanuit je opvoeding meekreeg, en jouw eigen innerlijke wijsheid. Het vraagt lef om het niet meer belangrijk te vinden of je past binnen het beeld dat anderen zich van jou hebben gevormd. Het spanningsveld tussen authenticiteit en verbinding wordt hierin voelbaar. Ik verlang ernaar om in liefde en vrijheid en volledig authentiek open te durven zijn om me te uiten en te doen wat ik te doen heb. Ik heb bewondering voor mensen die dat kunnen en daarbij respectvol blijven naar anderen.” WEES “In het rijtje ‘Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder’ mis ik de stilte, het zijn. ….. Voel je dit briesje? Stilte gaat over zijn in plaats van doen. Stil kunnen zijn is een voorwaarde om verbinding met jezelf en de ander te ervaren, je bewust te zijn van wat in je en om je heen is. Het is inchecken bij jezelf. Als je in stilte kunt zijn met wat er nu is, ervaar je dat je niet ten onder hoeft te gaan aan emoties als boosheid en verdriet. Stilte maakt je bewust van wat er is, en vanuit dat bewustzijn heb je altijd de keuze. Je kunt stilte creëren door alleen te zijn of een plek in de natuur op te zoeken, maar ook door gewoon even je ogen te sluiten en naar binnen te keren. Voor mijn werk als coach heb ik stilte en alleen-zijn nodig, om te kunnen schrijven en te kunnen delen. Hoe zich dat verhoudt tot het opbouwen van een bedrijf en het mezelf als coach kenbaar maken, weet ik niet. Daar ben ik zoekend in.” #Interview

bottom of page