top of page
  • Foto van schrijverAnita Drost

Afstand en nabijheid

In interviews en columns over de anderhalvemetersamenleving spreekt en schrijft de een na de ander over huidhonger en de behoefte om aan te raken en te knuffelen. Na enkele weken heel intelligent lockdownen, waarvan bijna drie in strikte quarantaine, kom ik er steeds meer achter dat het bij mij anders werkt.


24/7 met z’n allen in één huis leven valt me zwaar. Hoe meer nabijheid, hoe groter mijn behoefte aan afstand. Ik wil in mijn eentje op de bank een zak chips kunnen leegeten. Ik wil heel lelijk en vals op mijn cello kunnen spelen zonder dat er acht mensen meeluisteren. Ik wil het niet laten zien als ik me gestrest voel, ik wil me kunnen terugtrekken, die bezorgde ‘Gaat het?’-blikken maken het alleen maar erger.


Genieten van meer tijd met elkaar? Ga toch weg. Ik laad juist op van alleen zijn. Wie meent dat deze tijd het walhalla voor de introvert is, vergeet dat een aanzienlijk deel van de bevolking niet in zijn eentje op een kamer zit, maar veroordeeld is tot een continu samenzijn met het hele gezin.


Laat mij met rust, raak me niet aan. Voor mij is anderhalve meter momenteel lang niet genoeg.

6 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page